Rol van de huisarts bij valpreventie ouderen

Geplaatst op:
Verhoogd Valrisico Valrisicobeoordeling Ketenaanpak valpreventie
Een val bij een 65-plusser kan ingrijpende gevolgen hebben. Toch melden patiënten zich zelden met de vraag of ze een verhoogd valrisico hebben. Huisarts Robin van der Putten signaleert dat risico regelmatig: “Patiënten komen vaak langs met duizeligheid, balansproblemen of moeite met lopen. Ze beseffen niet altijd dat ze een verhoogde kans hebben om te vallen of dat er preventieve maatregelen zijn.” 
 
Signaleren  
Het vraagt alertheid van de huisarts om een verhoogd valrisico te signaleren. “Het is aan mij om dit onderwerp aan te stippen,” vertelt Robin. “Het kost weinig tijd om even door te vragen of de discussie aan te gaan. En daarmee kun je misschien ernstig letsel voorkomen.”   

Het valt hem op dat veel ouderen denken dat ze al genoeg hebben gedaan. “Ze zeggen dan: ik heb ooit een cursus gevolgd bij de gemeente, dus ik ben klaar. Maar soms hebben zij juist een intensievere training nodig vanuit de zorg, zoals InBalans of Otago.” 
 
Verhoogd valrisico 
Ook kan een oudere met een verhoogd valrisico vanuit het sociaal domein verwezen worden naar de huisarts. Bijvoorbeeld na een korte valrisicotest tijdens vitaliteitsdagen van de gemeente. Op basis van deze test wordt de mate van het valrisico bepaald:  
  • Hoog valrisico: de patiënt krijgt het advies om naar de huisarts te gaan voor een valrisicobeoordeling, eventueel volgt een valpreventieve beweeginterventie zoals InBalans of Otago. 
  • Laag tot matig valrisico: de patiënt wordt verwezen naar een valpreventiecursus, uitgevoerd door het sociaal domein. 
Valrisicobeoordeling  
Wanneer een oudere een hoog valrisico heeft, is een valrisicobeoordeling (VRB) de logische vervolgstap. Huisartsen kunnen via ZorgDomein verwijzen naar een fysio-, ergo- of oefentherapeut met een contract met ZEL. De paramedicus voert vervolgens de beoordeling uit, vult het scoreformulier in en rapporteert via ZorgMail terug naar de huisarts. De huisarts blijft eindverantwoordelijk en bepaalt het vervolgbeleid.  
 
De VRB kan ook door de huisarts zelf worden uitgevoerd, maar volgens huisarts Robin is het efficiënter om dit over te laten aan een paramedicus: “Zo bespaar ik tijd en via de rapportage krijg ik alsnog een compleet beeld. Door de goede samenwerking in de ketenaanpak krijgt mijn patiënt precies de ondersteuning die hij nodig heeft en worden veel valincidenten voorkomen.” 
 
Aanpak in de huisartsenpraktijk

  1. Signaleren: Let op klachten zoals duizeligheid, balansproblemen, mobiliteitsbeperkingen of eerdere valincidenten. 
  2. Bespreken: Benoem het valrisico, ook als de patiënt er zelf niet over begint. 
  3. Verwijzen: Zet via ZorgDomein een valrisicobeoordeling (VRB) in door een fysio-, ergo- of oefentherapeut. 
  4. Vervolg: Bepaal aan de hand van de VRB het vervolgbeleid: een valpreventieve beweeginterventie, begeleiding van een paramedicus, woningaanpassing en/of medicatiecheck. 
  5. Opvolgen: Houd contact met patiënt en ketenpartners om de voortgang te bewaken. 

Meer informatie 
Kijk voor meer informatie over de ketenaanpak valpreventie, naar wie je kan verwijzen voor de VRB en welke beweeginterventies er zijn op de website van ZEL. Neem bij vragen over de ketenaanpak valpreventie contact op met Nic van Paassen, Paramedisch adviseur van ZEL, via nvanpaassen@zel.nl.
- Sanne Lenselink
Deel dit bericht

Meld je aan voor ons nieuwsbulletin!

Zo blijf je elke week op de hoogte van regionaal nieuws

x