Welke afspraken maakt u in de praktijk?
Bij het invoeren van zelfmetingen is het technische aspect vaak een klein onderdeel van de verandering. De grootste uitdaging is het inbedden van het digitaal invoeren van zelfmetingen in het werkproces en het zorgen dat patiënten actief gebruik gaan maken van de functie.
Voor een goede opstart zijn de volgende punten goed om mee te nemen:
- Begin klein
Kies welke meting(en) u in welke situatie wilt gaan inzetten. Door een afgebakende doelgroep en een specifieke meting te kiezen, kunt u hier eerst ervaring mee opdoen en wennen aan het inzetten van zelfmetingen via het portaal.
- Praktijkafspraken
Maak afspraken over hoe u in de praktijk zelfmetingen inzet en bespreek dit binnen de praktijk. Één aanspreekpunt en het actief inzetten van een digicoach, als u deze heeft, kan bijdragen aan het goed inbedden van deze nieuwe functie in de praktijk.
U kunt hier de volgende stappen nalopen:
1. Inrichten in de praktijk
- Bespreek met welk doel u de zelfmetingen in wilt zetten
- Maak afspraken over het proces, inclusief een verdeling van taken
- Zorg dat de praktische werking van zelfmetingen in het portaal voor de gebruikers binnen de praktijk duidelijk is via:
- Webinar leverancier – ZEL
- Bespreek of het gebruik duidelijk is en goed gaat tijdens praktijkoverleggen
- Één aanspreekpunt binnen de praktijk (evt. digicoach) die kan begeleiden bij vragen of onduidelijkheden
2. Inclusie patiënt
- Bepaal de inclusiecriteria
- Medische aspecten: Diagnose, aanvullende in- of exclusiecriteria op basis van gezondheidstoestand
- Digitale aspecten: Heeft de patiënt toegang tot een computer en internet? Zijn de digitale vaardigheden voldoende om het portaal te gebruiken?
- Persoonlijke kenmerken: Staat de patiënt er open voor? Is de patiënt voldoende zelfstandig
- Activeer het insturen van metingen in het portaal op patiëntniveau
3. Patiënt meet volgens een meetschema
- Informeer een patiënt over
- hoe zelf te meten,
- welke meetinstrumenten betrouwbaar zijn en
- welke metingen uitgevoerd moeten worden.
- Bespreek dit met de patiënt, maar geef ook aan waar een patiënt deze informatie kan nalezen. Dit kan bijvoorbeeld via een bericht direct naar de patiënt of op uw website. [zie "hoe informeer ik patiënten" -> "meten en insturen metingen" voor informatiebronnen waar u naar kunt verwijzen.]
4. Meetgegevens versturen via het portaal
- Informeer een patiënt over
- hoe de meetgegevens verstuurd kunnen worden
- waar hij/ zij terecht kan bij vragen
5. Opvolging
- Bepaal wanneer de meetgegevens worden bekeken en besproken en geef dit ook vooraf aan bij de patiënt.
- Importeer de meetgegevens (waar wenselijk) vanuit het postvak/ de werklijst naar het dossier van de patiënt. Bepaal wie dit in de praktijk doet.
- Gebruik de inzichten in het/ een consult met de patiënt.